Ieder seizoen heeft voor ons als ongediertebestrijder zijn charme. In de koude maanden zijn we wat alerter als het gaat om muizen die willen binnen dringen en in de warme maanden zijn we maar druk met insecten zoals wespen en mieren. In zijn algemeenheid is het goed om te weten dat alle soorten ongedierte van buiten komen. Misschien niet altijd in eigen land, maar altijd van buiten. Dat is vooral in de zomermaanden van belang. |
Ongedierte in de warme maanden
Rond onze gebouwen leeft een keur aan dieren die het daar in de warme maanden in principe allemaal prima naar de zin hebben. Er zijn zaden te eten, bloemen waar zoetigheid uit gehaald kan worden en fruit en noten aan bomen en struiken. Geen enkele noodzaak dus om ons in onze gebouwen lastig te vallen zou je denken.
Hoe zit dat met overlast van ongedierte in de warme maanden, de feiten op een rijtje:
Drie tips om overlast te voorkomen
Dat is natuurlijk allemaal heel aardig, maar de overlast neemt niet af door deze kennis, of toch wel?
Een paar tips:
Rond onze gebouwen leeft een keur aan dieren die het daar in de warme maanden in principe allemaal prima naar de zin hebben. Er zijn zaden te eten, bloemen waar zoetigheid uit gehaald kan worden en fruit en noten aan bomen en struiken. Geen enkele noodzaak dus om ons in onze gebouwen lastig te vallen zou je denken.
Hoe zit dat met overlast van ongedierte in de warme maanden, de feiten op een rijtje:
- Dieren hebben in de zomermaanden maar één doel en dat is zich voort te planten. Hierbij moet gegeten worden, en veel. In de natuur is wel voedsel voorhanden, maar wij mensen zorgen voor onuitputtelijke voedselbronnen in en rond onze gebouwen en bij afval.
- Als het warm is, brengen mensen meer tijd buiten door. Omdat we hierbij vaak ook eten en drinken, weet ongedierte ons altijd te vinden.
- De ontwikkelingssnelheid van insecten is afhankelijk van de temperatuur. Hoe warmer hoe sneller. Als het warm is, zijn er dus meer generaties insecten. Dan gaat het bij insecten die soms honderden nakomelingen hebben heel snel. Bij sommige insecten kan er iedere week een nieuwe generatie ontstaan!
- Als het warm is, staan ramen en deuren vaak open. Zelfs als er horren voor zitten, heeft ongedierte dan meer kans om binnen te dringen dan bij gesloten deuren en ramen. Sommige insecten zijn zo klein dat zelfs horren ze niet tegen houden.
- Vooral als het ’s avonds warm is, staan bij bedrijven ramen en deuren open. Er is dan minder controle. Licht trekt ongedierte dan extra aan. Veel dieren, waaronder ook bijvoorbeeld ratten, muizen en veel insectensoorten, zijn in de schemering juist actief en dringen dan ook sneller binnen.
Drie tips om overlast te voorkomen
Dat is natuurlijk allemaal heel aardig, maar de overlast neemt niet af door deze kennis, of toch wel?
Een paar tips:
- Zorg er voor dat het bij de buren leuker is dan bij u op het bedrijf. Ruim op, houd schoon en doe verlichting uit als u er toch niet bent. Zet een dichte afvalbak bij het rookhok.
- Zorg er voor dat er dicht tegen het gebouw geen begroeiing is, in begroeiing zitten altijd beestjes.
- Een laatste inkopper: houd ramen en deuren dicht als ze niet worden gebruikt.